EDISON: berekening

Edison Probleemoplossingsgids

Berekening

Bij problemen met berekeningen moet u de gegeven parameters gebruiken om de aangegeven onbekende waarde te berekenen. De meeste problemen kunnen worden opgelost met slechts een paar basiswetten.

Verbindingsweerstanden in serie:

Wanneer weerstanden in serie worden geschakeld, neemt de totale weerstand toe. De totale weerstand van een willekeurig aantal weerstanden in serie is gelijk aan de som van hun individuele weerstanden.

Bijvoorbeeld: R = R1 + R2 = 20 + 80 = 100 ohm.

Verbindingsweerstanden parallel:

Wanneer weerstanden parallel worden aangesloten, wordt de totale weerstand verlaagd. Voor een willekeurig aantal weerstanden parallel, is de reciproke van de totale weerstand gelijk aan de som van de reciprocals van hun individuele weerstanden.

Bijvoorbeeld: 1 / R = 1 / R1 + 1 / R2.

De wet van Ohm:

De wet van Ohm is genoemd naar de Duitse fysicus Georg Simon Ohm. Deze wet wordt gebruikt om spanning, stroom of weerstand in elektrische circuits te berekenen. Als u de spanning over de klemmen van een weerstand verdubbelt of verdrievoudigt, zal de stroom door de weerstand twee of drie keer groter zijn.

Dit fenomeen wordt uitgedrukt door de wet van Ohm, V / I = constant = R

Elektrische energie:

Vermogen is een indicatie van hoeveel werk (de omzetting van energie van de ene vorm naar de andere) in een bepaalde tijd kan worden uitgevoerd; dat wil zeggen, macht is de snelheid waarmee u aan het werk bent. Het vermogen dat wordt geleverd aan of geabsorbeerd door een elektrisch apparaat, kan worden gevonden in termen van de klemstroom en spanning van het apparaat: P = W / t = QV / t = VQ / t. Maar aangezien I = Q / t, P = VI (watt). Maar aangezien I = Q / t, P = VI (watt).

Door directe vervanging van de wet van Ohm, kan de vergelijking voor vermogen in twee andere vormen worden verkregen: P = V * V / R of P = I * I * R.

De huidige wet van Kirchhoff:

De huidige wet van Kirchhoff stelt dat de som van de stromen die een gebied, systeem of knooppunt binnenkomen, gelijk moet zijn aan de som van de stromen die het gebied, systeem of knooppunt verlaten.

Als we bijvoorbeeld vaststellen dat op een knooppunt waar twee paden met stromen van 1 A en 2 A stromen, en er één en slechts één extra pad is dat verbinding maakt met deze kruising, dan is de stroom door dit derde pad 3 A.

De spanningswet van Kirchhoff:

De spanningswet van Kirchhoff stelt dat de algebraïsche som van de potentiaal (spanning) stijgt en daalt rond een gesloten lus nul is. Dit betekent dat de aangelegde spanning van een serieschakeling gelijk is aan de som van de spanningsvallen over de serie-elementen.

Als 1 V bijvoorbeeld op één weerstand valt en 2 V op een andere valt en ze in serie zijn geschakeld, laat 3 V de twee weerstanden samenvallen.